Het grote taboe rond Duurzame Inzetbaarheid

De werkende beroepsbevolking krimpt en vergrijst. Er zijn minder mensen beschikbaar voor de arbeidsmarkt, en werknemers worden steeds ouder. De overheid zet daarom ook flink in op Duurzame Inzetbaarheid.

Duurzame Inzetbaarheid – Goed en gemotiveerd je werk kunnen doen, nu en in de toekomst. Gaan uw werknemers fluitend naar hun werk? Investeren in gezonde, competente, gemotiveerde werknemers is investeren in duurzame inzetbaarheid.

Een mooi initiatief wat leidt tot een hogere productiviteit, minder verzuim en hogere betrokkenheid. Juist nu – in een periode van economische neergang – is behoud van productiviteit en het voorkomen van onnodige uitval door ziekte of werkloosheid, van groot belang. Niet alleen voor de continuïteit van ondernemingen, maar ook voor het waarmaken van ambities voor de toekomst.

Duurzame inzetbaarheid omvat een breed scala aan happiness improvers; mogelijkheid om te sporten op het werk, gezonder eten in de kantine, een stoelmassage op kantoor, ondersteuning bij het zoeken naar de juiste work-life balance, inbreng bij management beslissingen, etc.

Deze activiteiten hebben zonder twijfel een positief effect, maar slecht bij een beperkte doelgroep. Dit zijn werknemers die in principe blij zijn met hun baan, maar door omstandigheden zaken minder optimaal presteren. Duurzame inzetbaarheid helpt deze mensen.

Er is echter nog een doelgroep. Deze groep bestaat uit mensen die intrinsiek niet meer op hun plek zijn binnen de organisatie. Dit zijn de werknemers die hun psychologisch arbeidscontract al geruime tijd hebben opgezegd. Elke duurzame inzetbaarheidsactie raakt slechts de periferie van het diepere ongenoegen en zal daardoor alleen een tijdelijk positief effect hebben. Sterker nog, op langere termijn zal de werknemer zich nog afhankelijker opstellen ten op zichte van de werkgever voor het bewerkstelligen van de werkvreugde.

In onze optiek staat Premobiliteit daarom op gelijke voet met Duurzame Inzetbaarheid. Duurzame Inzetbaarheid betekent dus ook in te durven zien dat sommige werkkrachten pas beter presteren als zij buiten de organisatie zijn. Premobiliteitstrajecten leveren dit inzicht niet alleen bij werknemer maar juist ook bij de werkgever.


Geplaatst

in

door